In het restauratie atelier worden objecten geconserveerd en gerestaureerd. Conservering wil zeggen dat een object beschermd wordt tegen verdere aantasting door middel van een behandeling of diverse behandelingen.
Als eerste moet het object schoongemaakt worden. Droog borstelen of blazen, en indien mogelijk wordt met behulp van de straalmachine roest of aangekoekt vuil verwijderd. Als het een object is wat nat is of nat mag worden dan wordt het voorzichtig gewassen met kraanwater met behulp van een penseel of borstel. Hardnekkig vuil kan ook met behulp van ultrasone trillingen verwijderd worden. De conserveringsbehandeling is afhankelijk van het materiaal van het object. Meestal betekend het een impregnering met een chemische stof. Dat wordt in de zuurkast gedaan, veilig achter glas, met permanente afzuiging van de mogelijk schadelijke dampen. Tot slot wordt er een beschermende laag aangebracht, zodat het object minder gevoelig is voor invloeden van buitenaf.
Na de conservering kan het object gerestaureerd worden. Restaureren betekent dat het object weer zo dicht mogelijk wordt terug gebracht tot de oorspronkelijke staat. Zo kunnen scherven aaneen gelijmd worden tot een pot, schoenonderdelen samengevoegd tot een schoen, maar kunnen er ook missende onderdelen aangevuld worden. Het kan noodzakelijk zijn voor de stabiliteit van een object om het te restaureren, maar soms is het ook gewoon mooier, als het object tentoongesteld gaat worden.
Dit gebeurt allemaal in het restauratie atelier. In Batavialand is het mogelijk om onze conservators aan het werk te zien in dit atelier.
